Pura Costa, Rica Vida - Reisverslag uit Los Ángeles, Costa Rica van Jesper Graaf - WaarBenJij.nu Pura Costa, Rica Vida - Reisverslag uit Los Ángeles, Costa Rica van Jesper Graaf - WaarBenJij.nu

Pura Costa, Rica Vida

Door: FlePser

Blijf op de hoogte en volg Jesper

20 Juli 2009 | Costa Rica, Los Ángeles

Los Angeles
Daar waren we dan op weg naar Santa Teresa, maar omdat de vorige dag de wegen niet echt begaanbaar waren wilden we dit keer zo min mogelijk van de ge-asfalteerde weg afwijken, dit leidde er wel toe dat we een flink eind om moesten rijden en helemaal naar het noorden gingen (de map die we hadden meegekregen was niet al te best), we werden dan eindelijk geconfronteerd met twee mogelijkheden: 50 kilometer of meer extra via een grindweggetje maar met nabijgelegen Montezuma aangegeven of via een grindweggetje niet 50 kilometer om. De keuze werd iets te snel gemaakt en we gingen door de bergen, met Wout-Peter achter het stuur was het een heuze race en onze Israëlische vrienden konden de spanning niet zo goed aan, dus moest Wout-Peter het maar rustiger aan doen. Minduuur, de weg zelf was onbegaanbaar, maar onze auto leek net een Transformer en had er geen problemen mee. We zien uiteraard weer wat mooie uitzichtjes en rijden in rap, doch langzaam, tempo van gehucht naar gehucht. Wonder boven wonder zitten we nog steeds op de goede weg en hoeven we niet zo gek veel riviertjes over te steken, maar wanneer je denkt dat het allemaal makkelijk gaat, werkt één of andere kracht je tegen. We komen aan in Los Angeles (maar, maar dat ligt toch helemaal niet in Costa Rica?? Wel dus!) en willen hier even onze auto van wat voedsel voorzien, de tank is bijna leeg en je weet maar nooit wanneer er een tankstation (in de bergen, ha) aan de weg ligt. We betalen twee dollar voor een liter en vragen de weg richting de dichtsbijzijnde stad die op de route naar het zuiden ligt. Komt daar een gast ons tegemoet die wel erg goed Engels kan, en legt ons even precies uit hoe we moeten rijden. 'Je moet dus naar links waar je vandaan kwam, en dan bij het volgende stadje rechts en dan immer geraden aus.' We hebben weer wat benzine in de tank, bedanken de man vriendelijk en nemen de weg links. Wout voelt al een beetje nattigheid en vraagt: 'Eh, is dit wel de goede weg?'
'Hij zei toch zeker links, dus het lijkt me van wel', antwoord ik.
'Nou vooruit dan', zegt Wout-Peter.
We rijden wat verder en de stenen maken plaats voor modder en nu begin ook ik te twijfelen aan de juiste links, het was links, maar waarschijnlijk niet deze links.
'Nou, volgens mij zitten we echt verkeerd hoor', begint Wout-Peter weer.
'Laten we even verder rijden, misschien wordt de weg wel beter', oppert Sagi.
'Sgoedhoor', antwoord Wout-Peter en we rijden beetje bij beetje verder, dan komen we bij een gat in de weg, 'Ok, nu is het leuk geweest, we moeten terug want dit kan niet goed zijn', klaagt Wout-Peter weer, ik begin het ook niet zo aangenaam te vinden en zeg 'Sja, denk inderdaad niet dat dit de juist weg is'. Sagi stapt uit de auto en roept vol goede moed 'Je moet links aanhouden en dan kun je dit wel omzeilen, volg mijn aanwijzigingen!'. 'Eh, Wout, weten we dit wel zeker?' vraag ik angstig aan Wout-Peter waarop Gal antwoord: 'Dit kan wel hoor.' Vol goede moed en met aanwijzigingen van Sagi proberen we het dan toch... Wout-Peter stuurt wat hij wilt, maar de modder neemt de controle van de auto over en glijdt ons zo, whoosh, het gat in. Daar sta je dan, wederom in the middle of fucking nowhere, in een gat in een modderweg. We proberen onszelf eruit te graven, maar zowel Wout als ik weten dat het onbegonnen werk is, wij hebben natuurlijk heel veel ervaring met bergweggetjes en auto's die in gaten vast zitten. Onze soldaten zien er nog wel heil in en Sagi begint als een malle te graven met de hoop dat het wiel ruimte krijgt om grip te krijgen (twee wielen zweven een beetje, maar dat moet je Sagi niet zeggen, want dat is niet zo). Sagi, Gal en ik proberen een keer of wat om de auto omhoog te duwen terwijl Wout-Peter gas geeft, dit is alleen onbegonnen werk en de auto heeft geen zin om te bewegen. 'Bekijk het maar, stelletje klootzakken!' schreeuwt de auto en begint te roken, hooookay, laat maar zitten jongens en we geven op, er zit niets anders op dan terug te gaan naar het stadje en kijken wat we kunnen doen.

Maar dan, we zijn potverdomme wel in Costa Rica hè, Pura Vida, want ik hoor in de verte: 'Amigos, buenas, are you there, amigos!?' Ja, terugroepen natuurlijk hè! Onze engelstalige Tico en een Peace Corps vrijwilliger komen op hun dooie gemakje aanzetten en hebben een aardig pleziertje en gaan aan de slag. Tico ziet al redelijk snel in dat het hopeloos is en stuurt Peacecorps naar het dorp om een spade te halen, want er moet flink wat werk verzet worden willen we ons schatje uit deze benarde situatie te halen, ik heb nog steeds niet al te veel hoop, want wat kunnen 6 mensen nou doen. Onze Tico doet nog wat trucjes, we duwen en trekken nog wat, Wout-Peter geeft nog wat gas, we duwen en trekken nog wat meer, graven nog wat modder weg, maar moeten de hoop opgeven. Het is ondertussen al donker geworden en onze Tico offert een avondmaal en slaapplaats aan zodat we morgen wat dorpelingen kunnen optrommelen om onze auto te bevrijden. We geven toe dat er niets anders opzit en pakken de nodige spullen voor een douche en overnachting, met pijn in ons hart nemen we afscheid van de auto en begeven ons te voet richting Los Angeles. Het is in totaal zo'n kleine 15 minuten lopen maar na 5 minuten horen we hoop over de bergen; vier of vijf crossmotors komen langs scheuren met zo'n 7 man die toeteren en bléren naar ons. Wij juichen hen natuurlijk toe en roepen ALLAAAAAH AKHBAR, zelfs onze Joodse vrienden, maar blijven nog even staan in totale schok. Waren dat nou zojuist zeven lokale gozers die zich met een paar touwen naar onze auto begeven? Terwijl we daar stom staan te gapen komen er nog zo'n tien mensen te voet aanzetten, onze Peacecorps makker heeft blijkbaar het hele dorp opgetrommeld, van vier man in een greppel zijn we gegroeid naar vier man in een greppel met twintig Tico's die een handje komen helpen. De mannen hebben de grootste schik om ons, stelletje domme buitenlanders, en kijken even bezorgd als ze onze auto aantreffen. Que paso amigos? Hoe ben je in in vredesnaam in beland? Peacecorps zei dat niemand hem geloofde en heeft toen één man te motor voorruit gestuurd (die kwam eerder even kijken) om te bevestigen dat we écht vast zaten, al lachend hebben ze dus maar besloten om ons uit het gat te loodsen. We beloven iedereen een bier als we eruit weten te komen en Peacecorps geeft ons nog meer hoop wanneer hij meldt dat ze wel eens ergere dingen uit modder/ravijnen gehaald hebben en onze hoop wordt niet de kop in gedrukt, want na een half uur trekken, duwen, gassen en graven komt die auto dan EINDELIJK vrij. Gejuich, en nog meer gejuich, Yalalallalalalalalalalalalalalalala en doen alsof we een machinegeweer naar boven afvuren, yalalalallalalalala we zijn vrij, woohoooo. We gaan direct naar de pub en betalen een rondje voor zo'n 25 man nu, en dat voor nog geen 20 dollar (hoe meer afgelegen hoe goedkoper het bier, uiteraard). We zijn ook verrekte hongerig en onze Tico houdt een restaurantje voor ons open, we eten wat lokale kip met worst en, hoe patat is dat, patat en krijgen van verschillende mensen slaapplaatsen aangeboden. De mensen zijn hier echt te vriendelijk, we horen wat verhalen over vastgelopen traktors, auto's en van de weg gereden trucks en gaan naar onze slaapplaats. Een eigen huis met ieder een bed, ik slaap lekker knus met Wout-Peter in een twee persoons bed, een douche (koud water, maar klagen, dat kan niet!) en een woonkamer, zekers niet verkeerd dus en nog voor we slapen kunnen zijn er wat mensen die nog wat hulp aanbieden voor de volgende morgen. We slapen heerlijk en de volgende morgen helpt Tico ons met het wassen van de auto en serveert zijn moeder ons een heerlijk Centroamerikaans ontbijt (Gallo Pinto). We bedanken iedereen zo'n twintig keer en besluiten dat we Costa Rica een top land vinden, ondanks de gare wegen en onze onkunde.

We gaan weer op pad, dit keer de juiste weg, en moeten weer eens een brede rivier oversteken, we vertrouwen het natuurlijk niet, maar wanneer we vragen of het mogelijk is met een quatro quatro zegt een oude man van een jaar of 60 dat het een makkie wordt, en dat is het ook, olé. We rijden richting de kust, maar dan houdt de weg opeens op en komen we bij een strand... Peacecorps had gezegd dat we via het strand wel een uur van onze rit konden afschaven, maar dan moet je niet gevangen worden door vloed. We gaan ervoor en zien een paar mensen die hun tentje opzetten; 'Waar is Malpaís?' 'Over die rotsen daar, maar je moet opschieten want het strand is zee over zo'n vijftien minuten!', Wout-Peter zit achter het stuur en we manen hem aan om VOLOP GAS te geven, en dat doet ie ook, behalve bij de rotsen, dat wonder boven wonder geen problemen oplevert. Na een klein uurtje sinds het strand komen we dan eindelijk aan in Teresa. We onderdrukken onze vloeken van opgeluchtheid niet en begeven ons naar het hostel. Olé!

Santa Teresa is één lange straat van een kilometer of drie met daaraan flink wat toko's, het strand is erg mooi en ons hostel ziet er gezellig uit. Helaas vinden Wout-Peter en ik het toch niet helemaal boeiend, behalve wij vieren zitten er nog wat meer Israëliërs en dat is iets te veel van het goede. We horen van Alex, die in Montezuma zit, dat waar zij zit het veel gezelliger is, dus gaan we daarheen en dat is inderdaad een stuk leuker voor ons. We splitten en Gal en Sagi blijven nog wat langer in Santa Teresa terwijl Wout-Peter en ik naar Montezuma vertrekken, daar kunnen we lekker chillen in een hangmatje aan de oceaan, perfect dus. Het stadje zelf stelt niet zo gek veel voor maar het is ontzettend ontspannen en die hangmat doet 't 'm. Een dag na onze aankomst gaan we op zoek naar een waterval en die vinden we ook, maar het kost ons flink wat moeite om er te komen. Toch nog best avontuurlijk en na de reünie (ook Guy is nu aangekomen in Montezuma/Santa Teresa/Malpaís) blijven we nog even het weekend uitzingen in Montezuma, daarna is het tijd om richting de bergen/vulkaan te gaan en om afscheid te nemen van Wout-Peter. Die zit nu in Mexico en blijft daar nog even zitten tot hij het ook allemaal zat is. Ik zit nu dus opgescheept met drie Joden, en dat allemaal in één auto... Gelukkig gaat het allemaal goed hoor en gaan we onderweg naar Monteverde/Santa Elena en zonder problemen komen we daar. We moeten een stukje over de Panamerican Highway en dat is weer eens wat anders dan we gewend zijn. Het is nog steeds slechts een enkelbaanssnelweg, maar in ieder geval goed ge-asfalteerd. Eenmaal aangekomen dus in Santa Elena moeten we even zoeken naar het hostel, maar dat mag geen naam hebben, we checken in en regelen meteen een canopy tour voor de volgende dag. En canopy is best leuk, duurt ongeveer vier uur, althans, ik ben track of time allang kwijt, maar het leek me zo'n vier uur te duren en je zweeft een beetje over de bergen/heuvels die ze daar te bieden hebben. Sommige shots zijn best spectaculair maar het is nog best lastig om en te blijven gaan en om een foto te nemen (oh wacht, ik heb geen fototoestel) maar gelukkig hebben de anderen wat foto's gemaakt. Het is ook nog best vermoeiend, want we moeten een stukje lopen af en toe en dat gaat negen van de tien keer redelijk bergopwaarts. Op het eind mogen we nog een Tarzan-sling maken en dan is het weer gedaan met de pret. We blijven nog een dagje en gaan dan richting La Fortuna, voor de hotsprings en Volcán Arenal, de weg ernaartoe is een schitterende, we rijden langs een meer en zien in de verte de vulkaan al loeren, de weg is ook hier weer ge-asfalteerd en het schiet dus aardig op. We vinden La Fortuna en gaan rond een uur of drie richting de hotsprings, en ik dacht dat hotsprings natuurlijk waren, en dat waren ze ook, maar ze hebben er overal parken omheen gebouwd. Het leek dus net alsof we in een Centerparcs achtig zwembad waren, zag er allemaal schitterend uit hoor, dat wel, en was ook echt warm. We blijven hier tot tien uur 's avonds en maken ons klaar voor een vroege ochtend, we willen namelijk een zonsopgang zien vanaf/met Volcán Arenal en staan dus al om vier uur 's ochtends naast het bed, we zien geen sterren aan de hemel en vrezen al het ergste en het blijft ook zo. We komen het park in, rijden naar een uitkijk en zien alleen maar wolken. Leuk man zo'n zonsopgang met vulkaan. We besluiten niet langer te blijven en gaan rond het middaguur naar Jáco, weer aan de Pacifische Oceaan.

Jáco
We hadden ons laten vertellen dat Jáco the place to be is voor een feestje, dus gaan we daar heen, ook weer zeer gemakkelijk met de auto, zelfs hele goede wegen dit keer, maar kortgezegd, het was niet al te boeiend. We komen wel wat gezellig mensen tegen, waarvan er één een chef-kok uit New York is, dus dat is weer even smikkelen, en ook met hem gaan we nog even stappen, lachen man. Feestjes waren niet zo heel boeiend dus, dus gaan Sagi en ik even kijken bij Samuel Antonio, weer eens een mooi strand, wel wat drukjes, maar mooi. We besluiten het park niet in te gaan omdat het met een uurtje al dicht gaat, dus blijven we hangen op het strand, wat best mooi is dus :). We keren weer terug naar Jáco en vieren daar de Amerikaanse Independence Day, maar echt feesten kunnen Amerikanen niet hoor. Net als toen met Springbreak vind ik het allemaal maar een beetje softjes, het is net of ze er geen echt feest van willen maken. Guy en ik blijven nog wel even wat langer plakken, want ik ben nog lang niet moe, maar echt boeiend wordt het niet. Dan is het al weer zondag en moeten we de auto terugbrengen in San José, wat ook weer verbazingwekkend makkelijk ging. In San José nemen we dus afscheid van de auto, maar neem ik ook, voorlopig, afscheid van mijn laatste reismaatjes, dacht ik! Want Sagi heeft nog geen zin om naar Puerto Viejo te gaan en gaat met mij mee naar een nationaal park genaamd Tortuguero. We blijven één nachtje in San José, hier koop ik een nieuwe camera, waar we niet al te veel doen en gaan de volgende morgen, niet in alle vroegte, dan richting Tortuguero.

Tortuguero
De reis naar dit park is een simpele, je pakt een bus, daarna pak je een andere bus en vervolgens neem je de boot, Tortuguero is namelijk alleen te bereiken via het water over via de lucht. Het is een soort schiereiland in het midden van een mini-amazone, schitterend mooi dus. Fata Morgana maar dan echt en ook gewoon net alsof je in de Amazone bent. De boottocht ernaartoe gaat op z'n gemakje en is mooi, erg mooi, Sagi en ik komen in contact met drie Nederlandse meiden en we blijven tijdens ons verblijf dus maar plakken. De dag dat we aankomen besluiten we echt niets te doen, beetje ontspannen en chillen, want dat gebeurt natuurlijk niet genoeg. Maar we maken wel een afspraak voor de volgende morgen, kanoën door het park. In alle vroegte dus opstaan (zonder alarm) en het giet, kei- en keihard, maar gelukkig valt het een uurtje later wel mee en gaan we het bootje in. Onze tourguid, Sagi en ik natuurlijk volop aan het werk gezet door de prinsesjes, want wij mogen peddelen. Ach, zo zwaar is het niet voor mij, want ik laat armyman Sagi en onze tourguide mooi het hardst peddelen. Tijdens ons kanotochtje zien we niet vreselijk veel dieren, maar het hele gebeuren is ontzettend mooi, we zien nog wel een luiaard, wat toekans en andere vogels en vlinders, en op de weg terug komen we zelfs nog een kaaiman tegen die lag te chillen in de zon, die ondertussen doorgebroken was. Na zo'n 3,5 uur zit onze tour erop en moeten we allemaal even uitrusten, Sagi gaat even een stukje lopen door het park en ik besluit om een bergje te beklimmen, ik houd van uitzichten, en de drie meiden hebben daar ook wel oren naar, dus met z'n 4-en in een bootje, en daarna hups hiken die berg op. Het was geen gemakkelijke klim omdat het geregend had die dag. Het was allemaal een beetje modderig en glad, maar het is ons gelukt, allemaal zeiknat van het zweet, maar de top bereikt. En het uitzicht was inderdaad niet verkeerd en zeker de moeite waard. Kapot, voldaan, moe en tevreden komen we terug, eten wat en gaan maar wat slapen, want de volgende dag willen we allemaal weer naar San José. Daar weer aangekomen nemen we afscheid van de drie meiden, en vinden Sagi en ik ons hostel weer. 's Avonds naar Transformers 2 en de volgende dag neem ik dan afscheid van Sagi, want ik was van plan om naar Puerto Viejo te gaan, terwijl Sagi gaat raften. Tot ziens laatste reispartner, het was een goede tijd en wegwezen, eindelijk van Joden verlost, hahahahaha!

Puerto Viejo
Ik vertrek dus naar Puerto Viejo met het idee dat ik daar waarschijnlijk Gal en Guy weer zal zien, maar die hebben de route teruggemaakt naar San José omdat er een band, Infected Mushroom, optreedt daar.Dus geen Gal en geen Guy in Puerto Viejo, maar dat maakt niet zo gek veel uit. Puerto Viejo is een rustig stadje en het hostel is een relaxte plek om even te hangen, maar ik blijf maar twee nachtjes omdat ik Costa Rica ondertussen wel gezien heb. Ik kom in het hostel weer wat oude bekenden tegen en leer nieuwe mensen kennen, twee meiden uit de Achterhoek zitten te kaarten en ik doe maar een potje mee. Het is best gezellig dus besluiten we gezamelijk af te reizen naar Panama, Bocas Del Toro, en dat gebeurt dus de volgende dag.

  • 21 Juli 2009 - 06:11

    Richard:

    Too long, but did read! :P

    Goed verhaal weer

  • 22 Juli 2009 - 02:45

    Cathelijne En Rene :

    Hmmm.. infected mushroom, die wil ik ook wel zien :-) Leuk geschreven man!! Heb dubbel gelegen bij auto in gat :-D Het vervolg weet ik gelukkig al, hahaha... ben benieuwd naar de rest...

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Jesper

Actief sinds 21 Dec. 2006
Verslag gelezen: 313
Totaal aantal bezoekers 80827

Voorgaande reizen:

01 Februari 2016 - 27 April 2016

Zuidelijk Zuid-Amerika

01 September 2014 - 01 Oktober 2014

Le Tour de France

22 November 2011 - 28 Februari 2013

The Eastern Orientation

18 Maart 2012 - 24 Januari 2013

Where women glow...

02 Februari 2012 - 18 Maart 2012

A Kiwi a day ....

01 Januari 2002 - 03 Februari 2010

Snoepreisjes

03 Maart 2009 - 13 Augustus 2009

Conquer of the Americas

08 Februari 2007 - 16 Juli 2007

Where the wild things are

Landen bezocht: